Punta Arenas (album 68)

24 februari 2018 - Punta Arenas, Chili

Warm welkom
Een beetje brak worden we wakker, maar de geur van verse soep en het huiselijke geluid van de houten kraakvloer vanuit de aangrenzende woonkamer maken alles goed. Als ik naar de wc ga zie ik onze lieve host de tafel dekken en word ik warm begroet. Wat is dit fijn! 
Vanmorgen om 10.00 uur kwamen we aan bij José en Karla (airbnb) in Punta Arenas en omdat we de hele nacht in Santiago op het vliegveld moesten wachten waren we eerst toe aan een goed bed en een dikke dut. Hoe chill is het dan dat je meteen kunt aanschuiven voor een traditionele verse maaltijdsoep. Huiselijker en knusser kan het niet.
José is een tourgide in Punta Arenas, spreekt Engels en overlaadt ons met info over de stad, en dompelt ons onder met zijn enthousiasme. Karla is social worker, dus met haar hebben we het -in het ‘Spanglisch’- over de overeenkomsten van ons vak. Het is interessant om te horen welke psychische en psychiatrische problemen er hier voorkomen. Het opsnuiven van gas uit spuitbussen (deo e.d.) is hier een veelvoorkomende verslaving. Nog nooit van gehoord! Binnenkort maar ‘ns avondje gassnuiven organiseren dan maar, wie doet er mee? ;-).

Alpacavachtje
Gezien mijn tas nog steeds pleiten is -en ik in Cordoba alleen zomerse kleding heb gekocht- moeten we eerst op zoek naar iets warms en tegen de regen. Ook al lijkt me het neerknallen van een alpaca en hem villen voor zijn velletje avontuurlijk en gepast, het is behoorlijk omslachtig. Als alternatief koop ik voor een paar euro een stukje alpaca-vacht inclusief mouwen en een rits. Ideaal. Gemaakt door een vrouwtje van 1.24 meter hoog. De warmte is geregeld, nu nog een waterdicht laagje scoren. Heel wat regenjassen stellen me teleur. Of ze zijn te kort, en een naveltrui-modelletje staat mij nou eenmaal niet zo, bovendien niet functioneel. Of ze zijn te smal, je kan ook zeggen dat m’n schouders met formaatje kogelstoter te breed zijn. Of ze zijn te complex (en daardoor megaduur), al die lagen zijn handig maar neemt te veel ruimte in de tas en bovendien heb ik al een alpaca laagje aangeschaft. Kortom, zo’n 34 gepaste jassen verder en nog steeds niet geslaagd. Ik besluit het over een andere boeg te gooien en verplaats me naar de herenafdeling. Daar respecteren ze m’n figuur wél en binnen no-time heb ik een knalgele -daar gaat toch geen kerel in lopen zou je denken?!- regenjas aan de haak geslagen. Mijn lievelingskleur, klein op te vouwen, super waterdicht en de wind houdt ie ook buiten de deur. Op slag verliefd dus, missie geslaagd. Op naar de volgende uitdaging; een lange broek. En daar worden de nodige eisen aan gesteld; hij moet warm zijn, er moet een legging onder passen voor in de superkoude gebieden, hij moet ‘thuis’ lekker te dragen zijn en enigszins toonbaar zou mooi meegenomen zijn (dus de outdoor wandelbroek vallen af, die voldoet aan geen een eis). Al is de laatste voorwaarde is niet helemaal gelukt -want met z’n witte futuristische stippen en zilveren letters ‘New York’ op m’n kont is ie niet de charmantste- ik heb er eentje gevonden. Maar de schoonheid zit van binnen... hij heeft een flexibel en zacht karakter, dus hij mag blijven.

Culinaire lunch
Van shoppen krijg je honger, dus gaan wij naar hét chorizopan tentje in de stad. Aangeraden door de taxichauffeur en we zagen dat er megadruk was, een goed teken. Chorizo is worst in het Spaans en ‘pan’ betekent broodje, dus een broodje worst. In Uruguay hadden we onze eerste kennismaking met het broodje en die was zooo lekker! Dus kwijlend en rammelend van de honger bestellen we twee broodjes. De dame -die zo uit de jaren 50 gestapt is- checkt of we echt twee broodjes willen? Uhm, ja? Als de broodjes eraan komen snappen we haar vragende reactie. Het broodje is namelijk nog kleiner dan een Brinky en i.p.v. van een complete worst, zit er een laagje geplet vlees op (lijkt op filet american). Dus we verdubbelen onze portie. Ondertussen kijk ik vol verbazing naar een van de dames die bezig is met honderden servetten te voorzien van een kartelrandje. Ik was überhaupt het bestaan van de kartelschaar vergeten, maar dit slaat toch echt alles!

Waterkool
Maar goed, we zijn niet helemaal naar de meest zuidelijke stad van het vaste land Chili gevlogen voor een kanariegele regenjas of een hapje chorizopan. Nee, Esmee en de Koningspinguïns zijn de hoofdreden. Esmee is een vriendin van Thomas, die vier jaar geleden voor haar Chileense geliefde Max hiernaartoe is geëmigreerd. Over een klein maandje verhuizen ze overigens met hun schattige babyboy Dante (terug) naar Nederland. Dus is het leuk dat we ze op de valreep hier nog kunnen bezoeken. Plannen/ agenda beheren is na ruim tien maanden reizen niet meer onze sterkste kant én Chilenen hebben een andere definitie van (eet)tijden, dus lijkt het erop dat we een dubbele afspraak hebben staan. We hebben namelijk beloofd om vanavond hachee te koken voor José en Karla en na het eten zouden we dan gaan borrelen bij Esmee. Maar, ‘vanavond eten’ betekent in Chili niet om 18.30 uur aan tafel, maar om op z’n vroegst om 21.30 uur. En borrelen met een stel en een baby die de dag erna moeten inpakken betekent dat je niet pas om 23.00 uur kan aankomen. Ok, wat nu? Vandaag is namelijk de enige dag dat Esmee nog kan afspreken (i.v.m. alle afscheidjes die ze natuurlijk hebben). Maar de hachee staat ook al een paar uur te pruttelen. Dus kom ik op het briljante idee om de boel te combineren -soms vind ik mezelf echt geniaal. We gaan met Jose, Karla én de Hollandse pot picknicken bij Esmee thuis. Iedereen smult van de hachee, de pan wordt volledig leeg geschraapt en uitgelikt. Vooral door Thomas, want de opschepgrage José was even vergeten dat ie de tweede ronde moest delen met de anderen. Arme Thomas, de hele dag wordt ie lekker gemaakt door de geur van m’n beste gemaakte hachee ooit -ok, het was dan ook de eerste keer- en dan kan ie maar een klein bordje eten. De rode kool was een ander verhaal overigens. Gelukkig weten de Chileense tafeldeelnemers niet hoe rode kool hoort te smaken, want het smaakt in ieder geval niet naar rode kool. Tja, niet alle eerste keren kunnen een succes zijn. Het snijden van de kool is me goed afgegaan, keurig fijn -wat een k*twerkje trouwens- maar daarna ging het mis… Na een poosje koken wil ik proeven of de rode kool gaar is. Na het optillen van de deksel zie ik dat er van de kleur rood volledig verdwenen is en het smaakt helemaal nergens naar. Alsof je op water kauwt. Een nieuwe koolsoort is geboren; waterkool. Mja, zo kan ik het natuurlijk niet voorschotelen. Dus google ik gauw op de juiste bereidingswijze om te kijken of ik de boel nog reanimeren. De conclusie is pijnlijk; de rode kool is dood, morsdood. Ik heb werkelijkwaar alles het tegenovergestelde gedaan van hoe het moet en vervloek mezelf dat ik het recept niet vóór het koken gelezen heb. Soms vind ik mezelf zo niet-geniaal. Ik heb de met liefde gesneden rode sliertjes verzopen in liters water en vervolgens in ruim 25 minuten al de kleur uit hun vezels gekookt. En niet alleen de kleur, ook de vitamines en álle smaak stromen pijnlijk door de gootsteen als ik de kansloze kool gauw afgiet. Voor de volgende keer; opzetten in een klein (!) laagje water voor behoud van de vitamientjes, met een beetje citroensap of azijn voor behoud van de kleur en een appeltje voor (behoud van) de smaak. Daarna afmaken met kaneel, sinaasappelsap en rozijnen. Voor nu probeer ik de waterkool op te fleuren met kaneel, sinaasappelsap, suiker en iets wat op stroop lijkt (vond ik daar in een potje, geen idee wat het was).

Look-a-likes
Ondertussen komen er vrienden van Esmee en Max binnen, een van hen is een look-a-like van de boef van de film Home alone. En na een flesje wijn wordt dit dan ook door Thomas uitgesproken. De toon is gezet, alle look-a-likes worden van stal gehaald. De ene is nog beter dan de andere. Zo lijkt Karla sprekend Becky van de tv-serie Californication en kan Max niet langer ontkennen dat hij de tweelingbroer is van Alan uit de film Hangover. José wacht vol verwachting af welke dubbelganger ik voor hem in petto heb, terwijl ik de foto opsnor op mijn telefoon. Als ik hem dan eindelijk laat zien, komt hij niet meer bij. Zijn moeder! Thomas was daar vanmiddag toevallig even en had een foto van haar gemaakt. Twee druppels water, heel grappig. Check de foto’s maar. En ik word -uiteraard- vergeleken met Doutzen Kroes, als twee druppels water! Tot slot moet Thomas moet zijn look-a-like delen met die van de boef van Home Alone. Sharing is caring zullen we maar zeggen.

Een poema in schaapskleding
Er wordt dus veel gelachen. Helaas wordt er het hardst gelachen als ik over mijn poema-ervaring vertel. Tijdens onze rit gisteren naar Porvenir -onderweg naar de koningspinguïns- zie ik namelijk een dier wegsprinten. Opgewonden maan ik Thomas tot remmen en keren we de auto met de hoop dat we hem nog een keer zien. Het móet wel een poema zijn, hij was snel, een zandkleurige vacht en rende katachtig. Bovendien leven die beesten hier in Chili. Ik baal ervan dat ik geen foto heb en het niet goed heb gezien. Het is namelijk best uniek als je er eentje tegenkomt. Dus iedereen hangt aan m’n lippen -best zwaar trouwens- als ik mijn verhaal doe. Totdat José de dooddoener lanceert door de te zeggen dat er in dat gebied helemaal geen poema’s zitten (leven noordelijker). Ai. Dan kom ik hardop -en daar ga ik dus volledig mee de mist in- tot de snuggere conclusie dat het dan wel een schaap geweest moet zijn. Iedereen proest het uit, wijnspetters vliegen door de lucht en de waterkool is jaloers op de rode kleur van schaamtevolle hoofd.

Beestenboel
Gauw probeer ik mijn reputatie te redden door vol trots de foto’s te laten zien van de dieren die we wél echt gespot hebben. Met de walvissen, dolfijnen, koningspinguïns en (roof/zee)vogels maak ik gelukkig weer indruk. Zelf ben ik ook blij met de alpaca’s die sierlijk op de heuvel staan te poseren, maar daar vindt de rest geen bal aan. Daar zijn er zoveel van, alsof je bij ons een koe op de foto zet. De koningspinguïns winnen de schoonheidsprijs, daar is iedereen het unaniem over eens. Wat een gave beesten zijn dat, ze hebben alles in huis om komisch te zijn. Hoe ze lopen, kijken, onthoofd zijn, elkaar bejegenen, liggen, álles is grappig aan ze.
De dag erna hebben we nog meer geluk als we tijdens de prachtige strandwandeling naar de vuurtoren weer meerdere walvissen en dolfijnen voorbij zien komen. Als twee junks staren we voortdurend verlekkerd naar de zee, het is onwijs verslavend. Het gaat zover dat we op een gegeven moment in elk golfje een rugvin of omhoog spuitend water zien. Voordat we volledig gaan hallucineren -ik zie namelijk ook een boom in een yogastand staan- is het tijd om iets nuchters te doen. Dus bezoeken we de volgende dag wat bezienswaardigheden in het centrum van Punta Arenas. Wat resulteert in een geestdodende wandeling door de stad -waar geen eind aan lijkt te komen én het miezert ook nog ‘ns- waarbij we een bezoekje brengen aan de plaatselijke begraafplaats -gezellig!-, een saai Spaanstalig museum aandoen -waar de schoenhoezen die we moeten dragen nog het meest intrigerend zijn- en uiteindelijk een suf standbeeld bekijken. Hoera. Nee, de stad heeft niet veel te bieden. Maar het was heel leuk om Esmee te ontmoeten en de omgeving van Punta Arenas is prachtig!


Liefs van ons!




Lieve oma, Patagonië (zuidelijkste punt van Chili/ Argentinië) is een van de gebieden van Zuid-Amerika die graag wilden bezoeken. Punta Arenas is nog maar het (fantastische) begin. Inmiddels hebben we een einddatum geboekt, 11 juni landen we op Schiphol en kunnen we elkaar weer zien :-) Tot die tijd moet u het nog met deze verhalen doen... Dikke knuffel


- Social worker = een hulpverlener op maatschappelijk vlak. De opleiding die Sas gedaan is er bijvoorbeeld eentje.

- Brinky = ronde koeken met een laagje chocolade

- Mja = mijn luie manier om ‘maar ja’ op te schrijven

- Look-a-like = dubbelganger

- Doutzen Kroes = een topmodel van Nederland, een nét iets minder knappere versie van mij dus

- Sharing is caring = delen is zorgen voor elkaar 

Foto’s

7 Reacties

  1. Sas:
    25 februari 2018
    Heerlijk weer, zo'n levendig verhaal! 11 juni staat met dikke letters in de agenda... Maar voorlopig nog heel veel te zien en beleven voor jullie, en nog heel wat verhalen te gaan voor ons!
  2. Cora:
    25 februari 2018
    Ondanks het overschreiden van de deadline, toch weer een heerlijk verhaal om te lezen.
    En die 11de juni is al aangevraagd als vrije dag.
  3. Maartje Blokland:
    25 februari 2018
    Lijkt mij ook fantastisch, zuidelijk Zuid-Amerika! Dit verhaal is vóór aanschaf van Isabel?😍 Daar heb ik mijn hart aan verloren, lijkt me een fantastische vrouw...11 juni😢🎉... geniet nog maar zolang je kunt! 😘👋
  4. Simone:
    25 februari 2018
    Hihi top verhaal...die gaan we missen tzt... xx
  5. Arie:
    25 februari 2018
    Samenvattend: Weer een beestachtig goed verhaal met een culinair tintje
  6. Elly:
    25 februari 2018
    11 juni, hoe mooi kan een datum klinken. De vlag staat al klaar in de gang. 😛
    Als ik aan jou denk Ellen heb ik altijd een visioen van Doutze, dus toch.....nu snap ik waarom.
    Een heerlijk verhaal is het weer met een " rood" tintje deze keer, weer genoten. Tot snel schatjes 😘
  7. Linda:
    25 februari 2018
    Wat een gezelligheid! Lekker kneuterig verhaal. Heerlijk! X