Ontspoort (album 81)

21 mei 2018 - Potosí, Bolivia

Inkopen
Als wij normaal gesproken in Utrecht op een woensdagochtend naar de markt gaan, dan halen we wat groenten, kaas en een bosje bloemen. Hier op de lokale markt in het dorpje Potosi heeft ons boodschappenlijstje een iets ander karakter. Een flesje alcohol van 96% (!) sterk, een zak cocabladeren en een dynamiet met een lont. Ja, dynamiet ja. Van deze drie huishoudmiddelen proberen we zelf enkel de cocabladeren. Je moet er eindeloos op kauwen, mag het niet door slikken en de rest van de dag vis je de stukjes verpulverde blaadjes nog tussen je tanden vandaan. Ontzettend goor, maar daar denken de mensen hier anders over. Zij zijn eraan verslaafd. Zeker de werkers in de zilvermijnen kunnen niet zonder deze drug de werkdag doorkomen. Met gemengde gevoelens kopen we een zak van dit groenvoer voor ze. We gaan zo een bezoek brengen aan de zilvermijnen, het is gebruikelijk om de werkers iets te geven. Het voelt ergens niet goed om spul voor ze te kopen wat zo ongezond voor ze is. Aan de andere kant, ze gebruiken het toch wel en hier maak je ze tenminste nog een beetje blij mee. Bovendien zullen ze toch nooit lid kunnen worden van partij 50 plus, dus ja, waarom dan niet zo stoned als een garnaal je graf in.

Zware dag
De werkers -sommigen pas 13 jaar- maken onwijs lange dagen, van drie uur ’s nachts tot drie uur ’s middags, met amper pauze en alleen op de zondag zijn ze vrij. Ze hakken met pikhouwelen om grondstoffen te winnen en met gevaar voor eigen leven laten ze af en toe een dynamiet ontploffen. Dan moeten ze de superzware karren vol mineralen door de smalle lage tunnels voortduwen. Ondertussen kauwen ze op de cocabladeren en voorzien ze de longen een dikke laag stof. Als zij thuiskomen na een dag werken kunnen zij tussen het hoesten en proesten door met recht zeggen ‘het was weer een zware dag schat, weer een jaartje van mijn leven ingeleverd’. Geen woord van gelogen of overdreven, want veel ouder dan 50 jaar worden ze niet.

Niets te klagen
En wij staan als nieuwsgierige, rijke, verwende toeristen schaapachtig toe te kijken. We kopen ons schuldgevoel af met de cocabladeren en een flesje Fanta. En we schamen de ballen uit onze overall dat we tien minuten geleden nog aan het jammeren waren over de benauwdheid en de weinig ruimte in de tunnels. Waar onze gids -van 1,40 meter hoog-, nog gebukt kan lopen, beweeg ik me op mijn hurken klungelig voort en Thomas moet de tocht kruipend afzien. Op sommige stukken kunnen we staan, drinken we water, strek ik de kramp uit mijn benen en proberen we al het te verkrijgen zuurstof op te nemen.
Maar ook de werkers mogen niet klagen, want ze verdienen ten slotte zo’n 200 euro per maand, hoeven nooit naar de tandarts -want door de cocabladeren geen tanden- en hebben een Talisman die ze beschermt tegen instorten van mijnen. Wat wil je nog meer? Die Talisman ziet er overigens uit als een mislukte Sinterklaassurprise die opgeleukt is met van die werpconfetti. Het moet een soort God van papier mache voorstellen met een baard, een nogal aanwezige neus en een indrukwekkende reusachtige tampeloeres. Het evenbeeld van Thomas dus. Dagelijks wordt hij voorzien van een brandende sigaret en wordt de 96% alcohol op zijn hoofd, handen en dus die enorme tampeloeres besprenkeld. Dus, mannen die klein geschapen zijn, maar groter wensen; wellicht is het de moeite om dit besprenkelritueel te proberen? Oh, en vergeet dan geen slokje van de 96% slokdarmverdelger te nemen, daarmee behoort dit ritueel namelijk afgesloten te worden. Proost!

Ontspoort
Je kan je voorstellen dat de mijnwerkers zo nu en dan ontsporen. Net zoals de loodzware karretjes trouwens. Die worden op een rails vooruit geduwd, als zo’n karretje ontspoort moeten ze met vier man alle zeilen bij zetten om het karretje niet om te laten vallen. Wij staan nog steeds schaapachtig toe te kijken. Daarbij sta ik te vrezen voor mijn voeten die zo’n 20 cm bij het wankelende karretje vandaan staan, maar ik kan geen kant op. De mannen weten de buit -en mijn voeten- te redden en we belonen ze met een handje van de pretbladeren. Goed gedaan, brave, verslaafde slaven. Het is toch te triest voor woorden. Maar hee, dankzij hen hebben wij in Europa wel mooi zilver bestek, kekke koperen potjes, tinnen soldaatjes en cosmetica.
Wie is hier nou écht ontspoort?!


Liefs van ons!


 

Lieve oma, van de week was ik nog bij u en nu inmiddels op het prachtige Aruba. Ik ben extra dankbaar dat u onze verhalen nog steeds kunt lezen, net als de andere oma van Thomas dat nog kan. Absoluut geen vanzelfsprekendheid is gebleken, nu het ook met oma Kalis ineens zo slecht gaat. Ik denk extra veel aan al onze oma’s deze week! Het aftellen van de reisdagen vind ik nu niet meer zo leuk om te doen… want, niks is zo onzeker als het einde.
En geen woordenlijstje dit keer! Extra dikke knuffel. X

Foto’s

4 Reacties

  1. Cora:
    21 mei 2018
    Dikke knuf voor allebei! X
  2. Heleen:
    22 mei 2018
    Indrukwekkend..
  3. Elly:
    22 mei 2018
    Een ontspoort tripje in de zilvermijn, verslavend verhaal dit keer. Veel plezier op Aruba.
    Schrijf maar een vrolijker verslag. Maar het levend kan hard zijn en dat mag je ons ook vertellen hoor.
    En al die lieve oma's he zijn en blijven in de gedachten van ons allemaal. Dag lieverds 😘😘😘
  4. Linda:
    25 mei 2018
    Hmmm...misschien niet het beste tripje van jullie reis...ethisch toch ook lastig te verantwoorden.